Ik spreek vloeiend Frollandais
'Kijk' zei mijn vader terwijl hij naar het bordje boven de camping keek, 'das nou weer typisch iets voor die Fransen he! Wat een verbeelding om je ingang "entree unique" te noemen!!'
Ja mijn ouders spraken wel een woordje over de grens...
Toen ik nog op de lagere school zat, dacht ik dat m'n ouders alles konden. En dus ook alle talen spraken. Apetrots was ik als m'n vader: 'Garrrzon! Noess voelonss paje!' riep richting de Franse ober. En als hij de Franse buurman op de camping vertelde dat we onderweg gestopt waren bij 'le maire du Genève'. Je zag de Franse buurman jaloers kijken dat dit Hollandse vouwwagen gezin kennelijk zo dik was met de burgemeester van Genève...
De Franse leraar
Pas vanaf de brugklas begon ik het te zien: mijn vader was misschien toch niet vloeiend in Frans en het zag er ook niet naar uit dat ik het ooit zou worden. Op de middelbare school had ik het vaak aan de stok met m'n leraar Frans, dan zei hij weer: 'Non non Caro, ça ce n'est pas Français ça c'est Frollandais!' En dat vond hij een prachtige uitdrukking van zichzelf, Frollandais. Wij moesten pas voor het eerst echt Frans praten in 5VWO tijdens het mondeling. Zo, vanuit het niets. En dan moest je eerst nog wat boeken lezen. Niet gewoon lekker wat eenvoudige Franse Nicci French lectuur maar direct van die oud Franse meesterwerkjes uit 't begin van de vorige eeuw met namen als Sartre en Simone de Beauvoir. M'n Franse leraar vond zichzelf heel ruimdenkend en vond dat iedereen een kans moest krijgen om te laten zien wat ie aan Frans vocabulaire in huis had, ook als je geen boek gelezen had en hij begon de eerste twintig minuten van het mondeling dan ook altijd over een heel ander, meer luchtig onderwerp. Niet over de boeken. Bij mijn einde examen mondeling was dat koken. Daar kun je als kind van 17 natuurlijk eindeloos over meepraten dus een schot in de roos?! 'Allee Caro, dîtes-moi comment on fait une coq au vin?' Of ik even wilde uitleggen hoe je een beetje lekker kip met wijn kon klaarmaken. Wij dronken thuis geen wijn, laat staan dat we het door het eten gooiden. Dus ik kreeg een 5 voor conversatie.
Schelden in het Frans
En toch wilde ik die taal leren. Ik vind het zo prachtig dat Frans met al dat oui en bien sûr. Une crêpe versus een pannenkoek. Dat zegt al zo veel. Dus ik gaf 't niet op en werd op m'n 17e zomer au pair op Corsica. Helaas was ik 11 uur per dag in m'n uppie met een kind van 1,5 in de weer waardoor ik na zes weken alleen poussette (buggy) en biberon (drinkbeker) kon zeggen. Nouja, dat is misschien een beetje overdreven want ik heb daar ook een paar hele nieuwe woorden geleerd die we bij Frans nooit gehad hadden:
Ta Gueul! (Houd je smoel)
Putain! (Merde maar dan erger)
Con! (Eikel)
Ca me fait cier (daar word ik pislink van)
Casse-toi! (Sodemieter op)
Je m'n fou (het kan me geen reet schelen)
Tu me gonfles (je werkt me op m'n zenuwen)
De ouders van m'n au pair kind hadden niet zo'n fijn huwelijk. Vandaar.
Maar toen heb ik het wel definitief opgegeven. En dus sta ik nu bij de slager een koe na te doen als ik rundergehakt nodig heb, net zoals m'n ouders vroeger. Maar het mooie is: ik heb nog ruim een jaar voor m'n oudste naar de brugklas gaat. En tot die tijd denken m'n kinderen alledrie dat ik vloeiend ben in Frans. Geen spatje twijfel.