Mama laat zich niets wijsmaken!
We zijn een weekje op vakantie op Rhodos en vandaag gaan we archeologische opgravingen bekijken. Van de oude Grieken. Dat onderwerp vinden we allemaal prachtig. Als het tenminste een beetje smakelijk geserveerd wordt door de gids. En dat ben ik vandaag.
Terwijl ik midden in een verhaal zit waarom Zeus een eiland aan de zonnegod Helios gaf, zie ik opeens dat niemand meer naar me luistert. We zijn in de buurt gekomen van een paar marktkraampjes en de souvenirs zijn een stuk interessanter. Iedereen is door het dolle. ‘Mama mag ik deze sleutelhanger? Please please? Ik betaal het van mijn eigen zakgeld. Je krijgt het later terug echt. Mag ik dit beeld? Mag ik deze vier magneetjes? Please? Doe niet zo flauw. Ah toe??’
Behalve zoon. Zoon (10) heeft een soort gladiatoren mes gevonden met een bewerkt lemmet. Vol bewondering kijkt hij ernaar. ‘Ik weet wel dat het geen echte is hoor, het is een kopie van een museumstuk. Maar hij is echt mooi he, zo eentje had Spartacus ook in de arena denk ik.’
‘Zou kunnen', zeg ik, ‘maar je moet nu wel ophouden er naar te kijken alsof je verliefd bent anders krijg ik er niets meer af.' Ik leg zoon uit dat ik hem ga laten zien hoe je moet afdingen.
‘Afdwingen?’ vraagt oudste dochter (12), 'dat kan ik ook wel.'
‘Ja’ zeg ik ‘afdwingen kan jij als de beste, maar we hebben het hier over afdingen. Wacht ik laat jullie wel even zien hoe dat moet.’
Ik loop naar de vrouw van de kraam en vraag hoeveel het mes kost.
‘Fourteen euro but you can have it for twelve.’
‘Hmmm’ doe ik en trek een quasi kritisch gezicht, ‘much too expensive, six euro is a good price.’
'Six???’ zeggen zoon en de marktkoopvrouw verbolgen in koor.
'You are not serious lady, six is less than half the original price!' klaagt de marktkoopvrouw.
'Mam ben je gek? Die vrouw vraagt 14 en jij zegt 6, Griekenland is super arm he!' voegt zoon er aan toe.
Dit hele afdingproces loopt zo voor geen meter.
‘Ja!’ zegt oudste die opeens iets van Europese politiek weet, ‘zo super arm zelfs dat ze van ons moesten lenen, anders gingen ze failliet. Mam, je moet gewoon zeggen: "You may be happy that I don't ask my money back. Greece has nog a big shuld to Europa. And we are from Europa." Dan zal ze wel blij zijn dat ze jou iets mag verkopen voor zes euro.'
'Debt. Het is debt en niet shuld' mompelt zoon.
'What ever ...' zegt dochter.
‘Jongens gaan jullie maar even verderop staan, dit leidt af. Ik regel dit wel even alleen. Ik krijg het echt wel voor acht euro hoor, let maar even op.’
‘Ten euro’ zegt de vrouw nu, ‘last price!’
'Eight euro, my last price’ zeg ik en loop weg.
‘Wat doe je nou mam???’ zoon kijkt bezorgd.
‘Gewoon doorlopen’, zeg ik, 'en niet omkijken. Ze komt wel achter ons aan.’
Na veertig meter begin ik toch wat bezorgd te worden. Ik kijk stiekem om en zie de verkoopster in gesprek met nieuwe klanten. Verdikke, dit gaat niet goed.
‘Kom mam!’ zegt zoon, 'we lopen terug.'
‘Nee, geen denken aan!' zeg ik, ‘je mag NOOIT teruglopen, je moet geloven in je onderhandeling. Dit zal haar leren. Nu verkoopt ze niets.’
'Wil je anders een werp ster?'
Stellig loop ik verder. Zoon hoofdschuddend achter me aan. ‘Het ging nog om twee euro verschil, twee euro verschil… ongelooflijk. Weg mes.’ We lopen verder door de steegjes van het oude centrum van Rhodos. Ondanks dat er overal snuisterijen worden verkocht, komen we het bewuste mes niet meer tegen. Ik begin me een beetje schuldig te voelen. ‘Vind je dit anders niet leuk?’ vraag ik dan maar bij een winkeltje met wapens. ‘Mam, dit zijn werpsterren, die zijn illegaal in Nederland.’
‘Oh oke, nou laten we dat dan maar niet doen.’
Dochters zijn vooruit gerend en staan te kijken bij straatkunstenaars. Een hele rij met karikaturen, stillevens, zwart-wit schilderijen van Madonna, Prince en de Mona Lisa doemen voor ons op. Daar tussen ook wat gezellige kunstproducties van Hollandse families.
‘Zullen wij ons ook laten schilderen?’ gilt oudste naar mij.
‘Jaaaa!! Leuk!!’ gilt jongste dochter (7).
Vanuit m’n ooghoek zie ik een grote dikke man met grijs rastahaar op me af snellen. ‘You like paintings? I’ll paint your childeren and you, I make nice price.’
‘No, no, no,’ zeg ik stellig, de kinderen ondertussen meetrekkend.
‘Normally they are 150 euro, I’ll do it for you and your beautiful children for 100!’
Dat is wel echt een mooi aanbod, denk ik bij mezelf. Ik houd alleen totaal niet van zulke schilderijen aan de muur. Zo kitscherig. Hoewel misschien op de slaapkamer of op de overloop?
De rastaman ziet mijn twijfel en duikt er direct op: ‘Where is your hotel? I bring it there so you can do sightseeing. You don't have to wait. And you only pay me if you think the painting is oke.’ Shit dat klinkt wel goed.
‘Maybe for your husband?’
‘She has nog husband,’ informeert oudste even
‘Oh.’ Zie ik nou een twinkeling in de ogen van de grijze Rastafari? Dacht het niet opa, denk ik.
‘Voor papa!’ roept jongste, ‘papa is bijna jarig mama, dat vindt papa super!’
‘Last price is 75!’
‘Oke deal’ zeg ik. Ik bedoel deze kans mag ik echt niet laten gaan. Voor de helft van de originele prijs! En hij brengt het ook nog! En ik mag betalen in het hotel. Echt een top deal!
Opgelicht?
De volgende dag staat Rastafari in de hotel lobby. Hij rolt het schilderij uit en het is prachtig. Het lijkt sprekend maar dan zijn m'n engeltjes nog net iets knapper gemaakt. ‘Beautiful!’ kirt de receptioniste. Ik glim van trots over mijn prachtige kinderen. Ik betaal Rastafari en loop richting hotelkamer. Onderweg komen we twee vrouwen tegen die ook mee zijn met de single parent vakantie.
‘Kijk! zeg ik, 'dit is dat schilderij voor hun vader waarover ik jullie vertelde!’
‘Wow,' zegt een van de twee vrouwen, ‘dit lijkt wel heel echt.’ Ze kijkt er echter fronsend bij.
‘Ja he!’ zeg ik trots, alsof ik het zelf heb geschilderd.
‘Nee, maar ik bedoel “echt” als in “overgetrokken”.'
Het is even stil.
‘Overgetrokken?’ zeg ik. Dat had ik nog niet bedacht. ‘Je bedoelt dat ie het niet echt geschilderd heeft?’
‘Ja, kijk bijvoorbeeld maar naar de afstand tussen de hoofden van de kinderen, deze is precies even groot als op de foto. Dat is wel lastig om precies uit de hand te schilderen lijkt me. Misschien trekt ie alles alleen over en is ie niet echt een kunstenaar. Wat heb je er voor betaald? ’
Ik geef geen antwoord. ‘Nee maar hij schilderde ook op straat hoor,’ verdedig ik Rastafari, ‘het was een echte kunstenaar, met rastahaar. En heel betrouwbaar want hij heeft het net persoonlijk gebracht in het hotel. En hij heeft een Academy in Duitsland. En …’ Ik hoor m’n eigen zwakke verhaal en ben niet echt overtuigd.
‘Tja’ zegt de andere vrouw, ‘op zich heeft ie dus wel de gelegenheid gehad om het over te trekken want hij heeft het niet op straat gemaakt met jullie erbij.’
‘Eh nee.’
‘Joh wat maakt het uit,’ zegt ze nu opbeurend, ‘het ziet er toch leuk uit en als je er niet te veel voor betaald hebt, heb je een soort uitvergrote foto eigenlijk.’
‘Ja…’ zeg ik
‘En voor maar 75,- mam, geen geld! Nou, ik hoop maar dat ik later net zo goed word in afdingen als jij!’ vult oudste dochter aan ...