Snoes, snoep, en chaos....: de avondvierdaagse
Het is weer begonnen!
Zoon heeft gisteren bij het Kruidvat voor 3 euro een zak snoep gekocht, voor de hele week. Dat mag tijdens de avondvierdaagse. Sterker nog, ik denk dat de immense hoeveelheid snoep zijn belangrijkste motivator is om mee te doen met het loopfestijn.
Zij denkt nog dat een medaille fantastisch is
Van jongste dochter (nog) niet. Zij loopt voor het eerst mee en is echt bezig met haar medaille. "Denk jij dat ik het red? En dat ik een medaille win?" Ze kijkt me afwachtend en een beetje gespannen aan. Een medaille lijkt haar het hoogst haalbare. Een fantastische prijs. Zij weet nog niet dat die na 2 dagen kwijt is.
Doe niet zo suf mam
Oudste dochter loopt dit jaar voor het laatst. 10 km met vriendinnen, zonder ouders: 'natuurlijk hoeft er niemand mee mam, doe niet zo suf. Ik zit in groep acht hoor’. Op zich ben ik daar allang blij mee. Anders had ik het nooit gered. Met drie kinderen, die vijf en 10 km lopen. Én met een man die héél toevallig, ieder jaar, net in de week van de avondvierdaagse een belangrijke beurs heeft voor z’n werk. Alle avonden weg. De oppas stapt daarom ook vrolijk mee.
Natuurlijk doen wij mee, dat deed ik vroeger zelf ook
Acht jaar geleden was ik razend enthousiast. 'Natuurlijk doet mijn dochter mee aan de avondvierdaagse', riep ik tegen de juf. 'Dat deed ik vroeger zelf ook altijd'.
In de provincie, waar ik vandaan kom was de avondvierdaagse een belangrijke happening. Dat wilde je niet missen. Goed georganiseerd ook. In mijn herinnering liep ik met school of turnvereniging netjes in een rij. De pas er lekker in. Keurig achter elkaar aan, zonder ouders. Met slechts een handjevol begeleiders en op elke hoek van de straat een vrijwilliger die het het verkeer regelde. Ik heb zelfs nog een foto waarin ik, de laatste avond, in een soort militaristische colonne loop te stralen, omhangen met één snoepketting en bloemen in m’n armen.
Chaos
Hoe groot was m’n ontzetting toen ik acht jaar geleden voor het eerst, met mijn kind, aan de start verscheen in Amsterdam. Chaos. Dat omschrijft het hele gebeuren het best. Met duizenden kinderen rennend en schreeuwend onder een viaduct, kost het sowieso een half uur om de klas te vinden.
En dan het lopen zelf. Nou ja, lopen? Voor ouders is het slenteren. In een enorme lange sliert. De kinderen slenteren niet. Die rennen. Heen en terug en dwars door elkaar. Pakken iedere wipkip, balk of klimrek onderweg even mee. Gillen oorverdovend onder de viaducten. En lebberen allemaal aan een onsmakelijke halve sinaasappel met pepermuntjes in een zakdoek. Funest voor je tanden, ook nog.
De beginnelingen pik je er zo uit
Inmiddels ben ik gewend aan de chaos. Niet iedere ouder is dat al. Af en toe zie je weer een beginneling: Stevige wandelschoenen aan, in luchtige laagjes gekleed, rugzak op de rug met wat water en blarenpleisters, helemaal klaar voor een stevige wandeltocht. ’t Liefst ook nog met een soort vlag in de rugzak, omdat de illusie dat de klas zo netjes bij elkaar blijft, nog niet verstoord is.
En dan de pro’s. Vorig jaar had een vader uit oudste dochter’s klas een thermosfles mee. Met wodka. Als versterkertje voor de ouders tijdens de pauze. En om het vol te houden in de chaos.
Zo gaat ie goed, zo gaat ie beter....
Nog maar drie dagen. Volgende week hoef ik gelukkig niet m'n hele planning om te gooien om al om 16.00 uur te beginnen aan een enigszins fatsoenlijke maaltijd, ter compensatie van al dat snoep. Om vervolgens gestrest aan te sluiten bij alle andere gehaaste ouders, in de file richting start. Met zoon en dochter achterop: 'Kom op fietsen mam, we mogen niet te laat komen'. Zo gaat die goed, zo gaat die beter alweer een kilometer…'