Stiekem romantische boekjes lezen

Ik houd van bouquetreeks. Zo. Dat is eruit.
Nou, nou, geloof me: daar heb ik echt even tegen aangehikt. Op een of andere manier is dat niet iets waar je makkelijk over praat. Ik tenminste niet. Ik wil het liever niet weten. Literair geïnteresseerd zijn, klinkt toch lekkerder. Daarover kun je praten. Dat is geaccepteerd. Intelligent ook.

“Oh, ik lees zo’n goed boek, spannend en heel mooi geschreven. De karakters zijn fantastisch. Goed uitgediept. Ik leef helemaal mee, kan het niet wegleggen. Echt een aanrader”. Dat soort high level gesprekken voer je niet over bouquetreeks. Je kunt ze hoogstens aanraden, of uitlenen, aan je allerbeste vriendin. De enige aan wie je, na twee flessen wijn, ooit hebt opgebiecht dat je een vuilniszak vol Intiems onder je bed hebt liggen. Bleek zij ook een verzameling te hebben.

Meer valt er niet over te zeggen.

Ze zijn in grote lijnen allemaal hetzelfde: Stoere man, met brede kaaklijn ziet aantrekkelijke, doch onschuldige maagd. Hij is meteen ondersteboven van haar. Al (her)kent ie dat soort verliefde gevoelens eigenlijk helemaal niet van zichzelf.  Zij spartelt nog wat tegen voor de vorm. En wordt vervolgens door hem tegen de muur aangeduwd en hartstochtelijk gekust. Of meer. Er is nog wel wat variatie in thema: baas en assistente, dokter en zuster, miljardair en onafhankelijk type (mijn favoriet), woestijnprins en toeriste, vriend van de familie en adoptie maagd, etc. Maar de strekking blijft hetzelfde.

Ook zit er verschil in kuisheid. Je hebt ze die niet verder gaan dan die ene hartstochtelijke kus, maar je hebt ook reeksen, waarbij de strakke liefdeslans bruut door het maagdenvlies ramt. Omdat de miljardair in kwestie zich niet meer kan inhouden en echt nooit verwacht had dat de 27-jarige schone nog maagd was. Dat wordt dan wel altijd direct goed gemaakt met langdurig en teder liefdesspel. Gelukkig maar.

Dat wil ik ook

Ik haat overigens de verhalen waarin de vrouwelijke hoofdpersoon een moeilijke jeugd heeft gehad of mishandeld is of zoiets. Kijk: als ik problemen zoek, dan begin ik wel aan een literaire roman. In bouquetreeks hoort alles ideaal te zijn. En rijk. En aantrekkelijk. Daarin worden problemen slechts veroorzaakt door onbegrip of miscommunicatie. En komt alles weer goed, met alleen een zwoele blik, een schuchtere liefdesbekentenis of overrompelende kus. Heerlijk. Dat wil ik ook.

Ik lees ze al vanaf m’n vijftiende. Meer of minder frequent. Het heeft iets te maken met mijn eigen stemming. In mijn eigen niet-goed-in-vel-periodes: stress, ruzie, oververmoeid, lees ik er talloze. In mijn goed-bezig-periodes lees ik ze nooit. Het komt erop neer dat hoe minder romantisch mijn eigen leven is, des te meer ik vlucht in flutromantiek.

Makkelijk en anoniem

Door de komst van het e-book zijn ze ook zo lekker makkelijk verkrijgbaar. Vroeger moest ik onopvallend, bijna achteloos het boekje onder de kaas of het vlees wegmoffelen. En dan moest ik eerst nog goed kijken of er geen bekende in de rij bij de kassa stond. Inmiddels is dat niet meer nodig: één druk op de knop en het staat in m’n I-bibliotheek. Niemand die het ziet.

Gistermiddag moest ik een presentatie geven aan m’n baas en een stuk of tien hoogopgeleide collega’s. Allemaal geïnteresseerd in kunst en literatuur en design en zo. Als ik ze tenminste moet geloven bij de lunch. Toen mijn presentatie afgelopen was, klikte ik de powerpoint weg. Slecht idee. Het gaf de hele zaal vol zicht op mijn geopende, goed gevulde I-bibliotheek.