Esmee bespreekt haar issues graag met vriendinnen en wijn. Dat is altijd fijn en zeker noodzakelijk. Maar er komt op zo’n avond een moment dat ze óf te lam is om nog redelijk te zijn óf veel wijn heeft gedronken om überhaupt nog een probleem te zien. En de volgende dag heeft ze er dan nog een uitdaging bij. Bij een therapeut is dat toch anders, die schenken in de regel geen wijn maar kruidenthee. De enige overeenkomst is dat je daar ook heel veel van moet plassen.
Esmee gaat in therapie, deel I
Been there, done that
Het is niet de eerste keer in mijn leven dat ik betaal voor ‘iemand om mee te praten’. Of, zoals mijn schoonmoeder altijd met enige gene zei: ‘Ik ga soms naar mijn mevrouw’.
Ik zeg gewoon hardop dat ik soms naar een psycholoog ga. Het is 2018 en het leven is soms best ingewikkeld. Er zijn niet voor niets mensen die ervoor geleerd hebben om de hele dag diepe en verstandige vragen te stellen en je aan het denken te zetten. Bij wie je zonder schuldgevoel een uur lang over jezelf kan praten zonder dat je denkt: ‘Ik moet ook even checken hoe het met haar gaat!' Dat hoef je daar dus niet te checken.
Drie hoog achter op sandalen
In het eerste jaar van mijn studententijd zat ik voor het eerst bij een psycholoog. Net op kamers, begonnen aan een studie waar ik na twee maanden al over twijfelde, verkering met jeugdliefde op de klippen, heimwee naar mijn ouderlijk huis… het leken toen enorme problemen.
Psycholoog Gerda heette me van harte welkom in haar woning vol planten. Ze had haar praktijk aan huis, eigenlijk aan flat, net buiten de stad en er brandden altijd kaarsjes en wierook binnen, zelfs als de zon scheen. De gordijnen waren ook altijd dicht, waarschijnlijk zodat je niet afgeleid werd door de stad buiten. Gerda had lange grijze haren die los in een midden-scheiding hingen en ze droeg altijd paars: een lange rok of ander ondefinieerbaar gewaad met legging. Sandalen ja, die had ze ook.
Gerda wist me te grijpen met haar ultieme psychologische gepraat. Ik ging leren om niet steeds in ‘moeten’ te praten maar in ‘willen’ en ‘ervoor kiezen’. We gingen ‘mijn balans hervinden’ en samen zouden we ervoor zorgen dat ik ‘dichter bij mezelf bleef’. Soms moest ik ervoor kiezen van Gerda om op een feestje bewust mijn mond houden, gewoon om te ervaren dat ik heus niet altijd de leukste hoefde te zijn. En als ik de week erna een terugkoppeling gaf dan zei ze glimlachend en met een alwetende blik: “Goed zo, héél goed, heel bijzonder dit”. Eigenlijk begreep ik nooit zo heel goed wat er dan zo goed en bijzonder was, maar Gerda had veel vertrouwen in mij en dat wilde ik niet beschamen. Na een aantal maanden besloot Gerda dat het tijd was om ‘op eigen benen te staan’. In het ‘Na-Gerda’ tijdperk was ik zelfstandiger, hing ik minder aan mijn ouders en durfde ik zelf (soms) besluiten te nemen zonder goedkeuring van wie dan ook. Het kan door Gerda komen, of gewoon door het ouder worden. Maar wat maakt het uit, ik had er baat bij. Nu nog zeg ik af en toe tegen mezelf: ‘Denk aan Gerda: “je bent leuk zoals je bent, goed en bijzonder”. Als wijn niet helpt, dan helpt de Gerda-gedachte me nog altijd.
Kruidenthee met (t)issues
Zes maanden na de geboorte van mijn eerste kind zat ik ook weer op een bankje kruidenthee te drinken, doos met tissues stond ‘voor het geval dat’ op het tafeltje naast me. Deze keer was ik terecht gekomen bij een mevrouw die mij hielp om mijn té overweldigende bevallingservaringen ‘een plekje te geven’, wat min of meer inhield dat ik ná deze therapie niet meer continu in janken uitbarstte als ik over mijn bevalling nadacht. Deze mevrouw constateerde dat ik een trauma had opgelopen, rottig maar behandelbaar. Haar methode werkte met piepjes en klikjes in mijn oren, via een koptelefoon, waarbij ik tegelijkertijd alle gruwelijke details moest vertellen. Wonderlijk genoeg werkte het. Bij mij dan. Want bij deze mevrouw zèlf maakte het ook wat los. Ik denk dat het bij haar thuis niet helemaal goed liep, want bij de derde sessie zat zij harder te snikken dan ik. Empathisch, noemde zij het verontschuldigend. Toen ik mezelf aan mijn psycholoog, ik herhaal: aan mijn Psycholoog, hoorde vragen “hé Lies, gaat ie wel goed? Wil je erover praten?” concludeerde ik dat ik uitbehandeld was.
WORDT VERVOLGD ….