“Kijk” zegt vriendin, met een wijds gebaar omvat ze het hele zwembad. “Dit is het dus niet. Ik zie alleen maar oudjes en dikkerdjes. Dit moeten we niet willen”.
Een paar weken geleden belde vriendin met een fantastisch idee. We moesten een sportief experiment doen. Vriendin was al eeuwen op zoek naar een sport die bij haar paste. En nu, na ruim 40 jaar, moest ze die dan maar eens vinden. Ik moest mee, want ik was volgens haar hoognodig aan meer beweging toe. Zelf voelde ik de noodzaak niet zo. Ik loop af en toe (een beetje) hard en dat vind ik prima. Maar… de zomer komt eraan én het leek me wel gezellig vriendin wat vaker te zien, dus deed ik mee. Vriendin koos voor zwemmen en boksen, ik bootcamp en yoga.
Zwemmen valt af
“Zwemmen valt dus af”. Vriendin heeft amper een baantje gezwommen, maar de conclusie is duidelijk. Het umfeld is niet goed, het water is koud en je haar wordt nat.
Uitkijken voor duivenpoep
Twee dagen later gaan we bootcampen. Hijgend en puffend rennen we ’s avonds met een groepje sportievelingen over de weg. Bij een bruggetje moeten we oefeningen doen. Ik probeer een plekje te vinden zonder duivenpoep. We moeten ons opdrukken en ik heb totaal geen kracht in m’n armen, wat het duivenpoep-probleem nijpender maakt. In een park iets verderop zijn wat buitensport apparaten geplaatst. Eén ervan is zo’n hangding. Uit ons groepje lukt het notabene een paar dertigers om stang voor stang over te pakken en het einde te bereiken. Respect. Ik lig er bij de eerste spijl af. Vriendin probeert het niet eens. Na wat sprintjes op de weg terug, liggen we eraf. We komen zo’n tien minuten later binnen dan de rest. Kapot zijn we. Het is duidelijk: Bootcamp is best leuk, maar veel te zwaar voor ons beginners. En zegt vriendin: "als het regent worden we nat". Unaniem besluiten we daarom dat bootcamp voorlopig (totdat we slank en fit zijn en het alleen maar mooi weer is) afvalt.
Niet in de breedte groeien
De volgende uitdaging is boksen. Via een andere vriendin hebben we een leuke trainer gevonden om een keer mee te sparren. Ik dacht altijd dat boksen, net als de meeste vechtsporten vooral een sport voor halve criminelen was, maar volgens vriendin is het reuze hip. Ze heeft zelfs al een adresje voor leren, roze bokshandschoenen (a heel veel €€€) mocht het boksen van ons een succes worden. Vriendin heeft er alle vertrouwen in. Ik wat minder. Eerlijk is eerlijk: het is best leuk. De combinaties: links, rechts, links, trap, zijn vrij ingewikkeld. Maar het slaan zelf, geeft een kick. Het is wel zwaar. Ook het opvangen van de klappen. Als vriendin een keer niet oplet, krijg ik een harde trap op m’n bovenbeen. Die had ik niet aan zie komen. Ik heb het gevoel dat ik al na één les kilo’s spieren heb gekweekt. Volgens vriendin kan dat niet. Die denkt dat de extra kilo die de weegschaal de dag na de les aangeeft, gewoon komt omdat we zijn blijven borrelen aan de bar. Enfin. Twee dagen na de training kunnen we beiden onze haren niet eens meer wassen, zo’n spierpijn hebben we. “Ik krijg geen glas wijn meer omhoog”, klaag ik. “Bovendien is de zijkant van m’n bovenbeen blauw”. Hier heb ik geen zin in. “Vrouwen die aan boksen doen worden vooral heel breed” zeg ik om vriendin te overtuigen. “Wel sterk misschien, maar spieren die alleen maar uitzetten in de breedte moeten we niet willen.” Daar is vriendin het roerend mee eens.
Ontspannen is ook belangrijk
We hebben nog één sport op ons lijstje: yoga. Een week later kunnen we ons weer voldoende bewegen en gaan we ervoor. Op advies van wat collega’s die altijd aan de kokos-sapjes, gemberthee en salades zitten, gaan we niet naar een sportschool, maar naar een echte yoga studio. We zijn allebei benieuwd. We vrezen zweverige types, onduidelijke mantra's en wierookstokjes. Maar zeg ik tegen mezelf: "al die healthy types zijn niet voor niets yoga addicts". Een sport waarbij je je ontspant klinkt me sowieso als muziek in de oren. Als we binnenkomen op onze blote voeten, spot ik allemaal jonge mensen. Dun ook en best gespierd. Dat belooft een hoop goeds. Als de les begint, merk ik dat ik overal ben met m’n gedachten, behalve in het hier en nu. Ik ben stijf. De helft van de bewegingen lukt niet helemaal, maar de relax oefening aan het einde bevalt me prima. Ik val bijna in slaap. Echt als sport voelt het alleen niet. Vriendin en ik verdenken alle dunne types ervan, dat ze naast yoga keihard aan het bootcampen zijn.
Tijd voor evaluatie
Na de yogales gaan vriendin en ik ons experiment evalueren, in het cafe naast de studio. Conclusie: na vier keer sporten, inclusief drie keer borrelen, hebben we het reuze gezellig gehad. “Het is wel voor herhaling vatbaar” verzucht vriendin, “echt leuk om elkaar weer eens wat vaker te zien.” Ik ben het helemaal met haar eens. Vriendin trekt de eindconclusie; “we gaan dus door met sporten om vaker samen te borrelen. Hmm... misschien moeten we dan volgende week gaan darten”.