Op nog geen zes uur vliegen, aan de westkust van Afrika, ligt een piepklein landje waar de zon het hele jaar door schijnt: Gambia.
Het land heeft aan de ene kant prachtige zandstranden met palmbomen en aan de andere kant is het ook nog steeds een van de armste ontwikkelingslanden van Afrika is. Wij waren in een klap verliefd. Op de stranden met de kleurrijke strandtentjes, de Gambia rivier die het landje in tweeën splitst, op het heerlijke eten (je moet een keer Domoda of Yassa gegeten hebben in je leven!) maar vooral op de lieve en vrolijke bevolking. Iedereen wil je helpen en je voelt je er compleet veilig. Ik zou mijn fiets prima een week zonder slot in de hoofdstad Banjul neer durven zetten.
Een vakantie naar Gambia kun je zo avontuurlijk of relaxed maken als je zelf wilt. Er zijn prachtige hotels zoals het Sunset Beach hotel waar wij in sliepen met huisjes direct aan het strand. Hier kun je prima de hele week met een boek in de ene hand en een cocktail in de andere hand, op een strandbedje liggen. Ben je wat avontuurlijker ingesteld en wil je graag wat van het land zien, dan is er van alles te bekijken en doen. Je kunt met een gids gaan (bijvoorbeeld via Gambia Tours) maar omdat iedereen vloeiend Engels spreekt kun je ook vrienden maken met de lokale bevolking. Ze laten je graag, tegen een kleine vergoeding,in hun eigen auto of taxi het land zien. Als je naar Gambia gaat, mag je deze 8 hot spots niet missen:
#1 Lekker chillen met die billen: de stranden van Gambia
Gambia staat bekend om haar mooie, witte en vooral ook schone stranden met veel palmbomen. Dit waren onze favorieten: Kololi Beach: Kololi Beach staat er om bekend dat het een erg breed en lang strand is, verder heeft het zand een goudgele kleur. Er zijn op het strand veel barretjes aanwezig waar de lekkerste fruitcocktails worden gemaakt. 's Avonds is er regelmatig live muziek in een van de strandtenten bijvoorbeeld in de populaire Beach club Poco Loco. Deze wordt gerund door de Nederlandsen Liane die samen met haar Gambiaanse man ook een aantal hotels heeft aan dit strand. Kotu Beach: Het parelwitte zandstrand van Kotu Beach is gezellig en toeristisch. Het is de favoriet van veel toeristen uit Nederland en België door het mooie zandstrand en de rieten hutjes met restaurants en strandtentjes. Wij aten bij Kunta Kinteh restaurant waar je beslist de lokale specialiteit Domoda moet proberen (soort rijstmaaltijd met pindasaus en kip of vis). Echt super lekker! Paradise Beach: In Sanyang ligt een fantastisch strand: Paradise Beach. Het witte zandstrand heeft de bijnaam Paradise niet voor niets gekregen: het is omgeven door palmbomen en ligt in een baai met helderblauw water. Wij zijn ervan overtuigd dat de Blue Lagoon hier is opgenomen. Het dorpje Sanyang ligt op 5 kilometer afstand van het strand. Leuk om een dagje Paradise beach af te wisselen met een bezoekje aan dit dorpje en de lokale markt met veel groentekraampjes.
#2 Rennen met bakken vis op je hoofd: Tanji Fishing Village
Wie Gambia bezoekt mag het vissersdorpje Tanji niet overslaan. Het leukste is om in de namiddag te gaan omdat dan alle vissers weer terugkomen met hun vangst (waaronder haaien, zeeschildpadden en barracuda's ) en de vrouwen komen helpen om de vis naar het strand te brengen. De vis wordt meteen op het strand gerookt waardoor er in het hele dorp een zware geur van gerookte vis hangt. Je weet niet wat je ziet. Duizenden vrouwen in kleurrijke kleding lopen kris kras door elkaar op het strand, kinderen spelen op de grond tussen de grote kano’s en de mannen rennen met grote, gekleurde plastic bakken met vis erin van de boten naar de kant. Belangrijke tip: ga niet in de weg staan want voor je het weet lig je met zo'n bak vis over je heen op het strand. En dan zul je de rest van de vakantie een programmaatje in je uppie moeten bedenken...
#3 Shop till you drop, Africa Style: de Albert markt en de Serekunda markt
Als je in Gambia bent mag je een bezoekje aan de lokale markten niet missen: de Albert Market in Banjul en de Serekunda Market in Serekunda. Het is er snikheet en het ruikt niet echt goddelijk maar het is wel een ervaring die je niet snel vergeet. Het is een drukte van jewelste en er wordt in de verschillende kraampjes van alles verkocht van kruiden, groente en fruit tot vissenkoppen en hengels. Ook vind je hier veel goedkope elektronica van onbekende Aziatische merken, echte nep Gucci zonnebrillen, geiten, tassen en parfums en voordelige haarvlecht producten. De markten zijn ook een top plek om mensen te kijken. De wirwar van kleine doorgangen op de gedeeltelijk overdekte markt geeft bijna het idee van een Oosterse Bazaar en je richtingsgevoel raakt echt van slag in dit doolhof. Heel opvallend: in Gambia leven verschillende stammen en godsdiensten vreedzaam naast elkaar. Dat zie je goed op de markten. Gesluierde vrouwen, half gesluierde vrouwen en ongesluierde vrouwen, ze lopen allemaal door elkaar. Het land is hoofdzakelijk islamitisch maar daar geeft iedereen op zijn of haar eigen wijze invulling aan.
#4 Vogels, apen en boten: mangrove tocht op de Gambia rivier
Niet te missen: een tocht over de Gambiarivier, door de bekende mangroves een bijna sprookjesachtige ervaring. Combineer de tocht met een paar nachten in AbCa’s Creek Lodge van de Nederlandse Carlijn en haar Gambiaanse man Abdoul. Beiden liepen al jaren met het idee rond om iets op te zetten. Vervolgens liepen ze elkaar tegen het lijf en was het liefde op het eerste gezicht. Verspreid in de tuin staan gekleurde huisjes en kamers op houten palen waar je kunt slapen. Verwacht geen luxe inrichting in dit deel van Gambia. Basisvoorzieningen als stromend water en elektriciteit zijn in het binnenland niet vanzelfsprekend. Je wordt ‘s ochtends wakker van de vogel en apengeluiden om je heen. De lodge is een perfecte plek voor toeristen die kennis willen maken met het traditionele leven in het binnenland van Gambia en die willen genieten van de natuur. Carlijn runt de lodge en Abdoul coördineert de excursies. Hij neemt je graag mee op het water op om door mangrovesgebied te varen. Hij kent alle vogelsoorten bij naam, zowel in het Engels als in het Nederlands, inclusief bijbehorend geluid.
#5 Altijd al een krokodil willen aaien: de heilige Krokodillen pool in Bakau
Doodeng maar ook leuk is een bezoekje aan de Krokodillen farm in Bakau. Er leven daar op een klein stukje land ruim honderd krokodillen die zo mak als een lammetje zijn omdat ze iedere dag 250 kilo vlees gevoerd krijgen. Je kunt ze zelfs aaien! We hebben eigenaar Mozes uitgebreid aan de tand gevoeld of hij niet stiekem kalmeringsmiddel in het eten stopt maar hij beweert bij hoog en laag van niet. Vroeger geloofde men dat deze pool bovennatuurlijke genezende krachten bezat met name op het gebied van onvruchtbaarheid. Nog steeds komen vrouwen van heinde en ver om zich te wassen met het heilige water in de hoop op een goede vruchtbaarheid. In Gambia zijn meerdere van deze pools te vinden maar de pool in Bakau ligt het dichtst bij het toeristengebied.
#6 Slavernij in beeld: Kunta Kinte eiland
Het Kunta Kinte eiland ligt in de Gambiarivier zo'n veertig kilometer verwijderd van Banjul. In de tijd van de slavernij werd het eiland gebruikt als verzamelpunt voor de slaven die op het Afrikaanse vasteland gevangen waren genomen. Op het eiland werden de slaven een aantal weken gevangen gezet om hen voor te bereiden op de grote reis overzee naar verschillende plantages in o.a de Verenigde Staten, de Antillen en Suriname. Ze werden tijdens hun gevangenschap geeftelijk en lichamelijk zwak gemaakt zodat er geen opstanden zouden uitbreken tijdens de overtocht. De boottocht naar het eiland duurt ongeveer drie uur, het laatste stukje ga je met een kano. Slim om je met factor 30 in te smeren. Wij deden het niet en zagen er vervolgens drie dagen uit als een kreeft. In het dorpje Juffureh, vlakbij Kunta Kinte eiland, is een museum te vinden met allerlei materialen en schilderijen uit de tijd van de slavernij.
#7 Tripje naar de buren: het Fathala reservaat in Senegal
Als je graag wat wildlife wilt spotten en een stempel van Senegal in je paspoort wilt, maak dan een safari naar het Fathala park. Tijdens deze safari ga je drie kilometer over de Noordelijke grens naar buurland Senegal. Via een verharde weg en de veerpont, is Fathala goed te bereiken, binnen twee uur kan je vanaf Banjul in Fathala zijn. Fathala is een Groot Wild reservaat van zo'n 2000 hectare met originele en beschermde Afrikaanse wildernis. Je kunt hier leeuwen, giraffen, antilopen en zebra’s tegen het lijf lopen. Je kunt deze safari in een dag te doen, dan moet je wel vroeg op en de veerboten moeten meewerken, het blijft tenslotte Afrika. Of je overnacht in een van de luxe safaritenten. Echt een aanrader, ook qua dierengeluiden 's nachts. Safari’s naar Fathala zijn te boeken via de gidsen van Gambiatours of via een Nederlandse touroperator zoals TUI of Corendon.
#8 Apies kijken: Bijilo Monkey Park
In het Bijilo Monkey Park leven de apen vrij en mogen ze gaan en staan waar ze willen. Als je nootjes bij je hebt, die je aan het begin van het park kunt kopen, komen ze graag een kijkje bij je nemen. Echt super leuk om mee te maken. Het park ligt in Kololi en is gemakkelijk te bereiken via het strand. Waar zullen we eens gaan slapen? Je kunt voor een weekje zon in Gambia kiezen voor verschillende prijsniveau’s. Wij zaten zelf in Sunset Beach Hotel wat erg mooi is. Iets goedkoper zijn Djeliba en Bamboo Garden Hotel. Wat luxere hotels zijn Balafon (waar op dit moment wordt gewerkt aan een eigen zwembadje bij iedere hotelkamer op de begane grond!!) en Ngala Lodge Hotel (echt prachtig!!). En waar vind je de leukste eettentjes? Waar je in Nederland de hoofdprijs betaalt voor een maaltje bij een toprestaurant, kun je in Gambia genieten van culinaire hoogstandjes voor een prikkie. De meeste restaurants zitten op "The Strip", een populaire straat in het dorpje Kololi. Het oogt als een boulevard in een Spaanse badplaats, dus je moet ervan houden, maar je vindt er wel een aantal lekkere restaurantjes zoals El Sol (lekkere taco's), TheButchers Shop (perfecte hamburgers), Sea Shells (niet alleen vis maar ook vlees en de bieten-geitenkaas salade is echt top!) en 3Chicks (neem de vis-to-share schotel). Tot slot nog wat praktische puntjes:
- Gambia is een malaria gebied. Dus Deet meenemen en goed smeren, onder een klamboe liggen en eventueel malariapillen slikken.
- Je verbrandt levend dus je moet echt smeren, smeren, smeren en een petje op doen (zeker als je naar Kunta Kinte eiland vaart, anders word je een tomaat).
- Wissel wat euro's naar de Gambiase munteenheid Dulasi. Maar niet te veel want alles is spotgoedkoop. Voor een Gambiase maaltijd betaal je maximaal 5 euro.
- Wij gingen in het regenseizoen en hebben vrijwel geen regenbuien meegemaakt. Het is er dan ook stralend weer alleen wat benauwder.
Handige sites:www.ontdekgambia.nlwww.tui.nlwww.abcascreeklodge.com