Heb je wel eens een 'compliment' gehad waarvan je na een paar seconden dacht: ‘Huh wat? Wacht eens even, zei ze nou serieus tegen me..…?’ Ik heb dat dus wekelijks. Op de een of andere manier tref ik onevenredig vaak het type mens dat ontactische complimenten geeft.
Vandaag bijvoorbeeld op m’n werk over m’n nieuwe jumpsuit: ‘Wat heb jij toch een originele kledingsmaak! Altijd wat anders aan. Vaak ook dingen die niemand aan zou trekken maar als je het zelf maar mooi vindt toch?!’ Nadat je dan ‘ha, ha, ha dank je’ hebt gedaan, bekruipt je toch een onbestemd gevoel. ‘Wat zei die collega nou eigenlijk? Wat bedoelt ze in hemelsnaam met “originele smaak en als je het zelf maar mooi vindt”?
De afgelopen weken trakteerden zowel bekenden als volslagen onbekenden me op deze fraaie complimenten of ongevraagde tips:
- Kledingwinkel verkoopster: ‘Ik zou geen grijs doen, met uw haar en gezichtskleur wordt dat dan al snel één grijs geheel’
- Masseuse uit de Filipijnen terwijl ik m’n spijkerbroek uittrok: ‘I like European old women still wearing jeans!’
- Opnieuw de Filipijnse masseuse (tijdens massage van bilpartij): ‘You so nice and big. I was so shocked when I came to Amsterdam, everybody is so big and fat, even the police horses are big. I like!’
- Moeder op het schoolplein: ‘Hij kan zo apart en origineel reageren hè die zoon van jou, wordt al net zo’n autistisch figuur als z’n vader haha”
- Buurvrouw: ‘Nou wat ik nou hoorde van ‘die en die’! Die zegt dus dat jouw kinderen er altijd als zwervers bijlopen en zo vrijpostig zijn! Belachelijk hè! Dus ik zeg tegen haar “nou Caro heeft het anders heel druk hoor en het zijn wel hele lieve kinderen!’
Ik denk echt dat ze het zelf niet door hebben. De meesten dan. Want je hebt ook ontactische mensen die dat gebrek aan tact zien als een van hun mooiste eigenschappen. Die zeggen dan over zichzelf dingen als: ‘ik zeg altijd gewoon direct wat ik denk, ik ga er niet om liegen, maakt mij niets uit, ik houd niet van dat gedraai!’ En dan kijken ze er zo ergerniswekkend triomfantelijk bij.
Persoonlijk houd ik het meest van de tactische, desnoods liegende medemens. Die gewoon haar mond houdt als ze je nieuwe jas spuuglelijk vindt. Alleen je moeder en je beste vriendin mogen zeggen dat je een dikke reet hebt, te oud bent voor een spijkerbroek of dat je kinderen van een Roma kamp lijken te komen. Je moeder omdat ze dat toch wel doet en je beste vriendin omdat je daar naar luistert. Die zou dus nooit zeggen: ‘Jij hebt zulk grappig haar! Als ik niets aan m’n haar doe zit het ook zo maar ik föhn het altijd glad…’